The White Book is het online dagboek van renate rietbergen waarin ze schrijft over de (on)genoeglijkheden van ontwaken uit de nachtmerries over verandering en (zelf)verbetering.

Niet-voelen doet pijn IV

In dit vierde deel over 'voelen' verken ik de diverse perspectieven op 'de geest' vanuit zowel de neurowetenschap als Advaita Vedanta. Ik start met een inleiding over de aard van de geest en zijn relatie tot ons gevoelsleven. Daarnaast ontrafel ik het mysterie van het ego.

Gedachten zijn de taal van de geest en gevoelens van het lichaam.
— Dr. Joe Dispenza

In de voorgaande delen van deze blogserie ben ik op zoek gegaan naar de essentie van ons gevoel, waarbij ik de relatief nieuwe weg van de neurowetenschap heb bewandeld en het eeuwenoude pad van de Advaita Vedanta heb gevolgd - in mijn optiek de waarheidswetenschap - om uit te vogelen waarom ‘niet-voelen’ pijn doet. In dit deel probeer ik dichterbij het antwoord op die vraag te komen, door te onderzoeken wát ons precies weerhoudt om te voelen. Onze geest lijkt een belangrijke rol te spelen, maar hoe precies? Advaita-leraar en auteur Hans Laurentius merkte eens op dat het Engelse werkwoord 'to mind' niet alleen 'opletten' betekent, of 'zich ergens druk om maken', maar ook 'ergens iets tegen hebben'.

Dat de geest of mind constant bezig is met het vermijden en verzetten tegen gevoelens, is niet heel gek, want het kán niets met gevoelens. Zoals je een marketingvraagstuk ook niet bij de afdeling sales neerlegt (en vice versa), zo heeft het ook geen zin om gevoelens en emoties aan te bieden aan de geest. De geest biedt weerstand tegen voelen en terecht: het is de verkeerde afdeling! Gevoelens worden verwerkt door de afdeling ‘voelen’, oftewel het hele lichaam. Binnen het lichaam/geest-complex heeft elk onderdeel zijn eigen functie: de geest is verantwoordelijk voor gedachten en mentale processen, terwijl het lichaam zich bezighoudt met het voelen en verwerken van emoties. In de woorden van Dr. Joe Dispenza: “Gedachten zijn de taal van de geest en gevoelens van het lichaam.” Dit onderstreept dat de geest en het lichaam verschillende 'afdelingen' zijn die elk hun eigen rol hebben binnen het geïntegreerde geheel van het lichaam/geest-complex.

De geest vanuit neurowetenschappelijk perspectief

Lisa Feldman Barrett legt in haar theorie van 'geconstrueerde emoties' uit dat emoties niet door een specifieke structuur in de hersenen worden gegenereerd, maar door een netwerk van hersengebieden die samenwerken. Dit netwerk integreert lichamelijke gewaarwordingen met eerdere ervaringen en context om emoties te construeren. Dit onderschrijft de metafoor dat het ervaren en verwerken van gevoelens meer te maken heeft met het hele lichaam en de context dan met puur mentale processen.

In haar boek ‘How emotions are made’ onthult ze het eeuwenoude mysterie van hoe het brein een menselijke geest construeert. Deze theorie bouwt voort op de bredere wetenschappelijke stroming van ‘constructivisme’, die stelt dat onze ervaringen en gedragingen in het hier-en-nu worden gecreëerd door biologische processen in ons brein en lichaam. Constructivisme is gebaseerd op ideeën die teruggaan tot het oude Griekenland, ttoen de filosoof Heraclitus ca. 500 jaar v.Chr. zijn beroemde uitspraak opschreef: 'Je kunt niet tweemaal in dezelfde rivier stappen'. In de context van constructivisme benadrukt dit dat onze kennis en werkelijkheid niet vaststaan, maar voortdurend worden gevormd en hervormd door onze waarnemingen en geestelijke interpretaties.

barrett’s constructivistische principes

Barrett zegt in haar boek: “Ik ben niet de eerste die deze [RR: constructivistische) punten naar voren brengt. Maar misschien ben ik wel de eerste die laat zien hoe de evolutie en ontwikkeling van de hersenen, en de daaruit voortvloeiende anatomie, duidelijk richting geven aan de wetenschap van emoties en ons begrip van de menselijke natuur.'"

De punten die ze naar voren brengt - en waarmee ze de status quo uitdaagt - zijn gebaseerd op enkele fundamentele ideeën, waarvan sommige eerder aan bod kwamen: predictieve codering, simulatie en constructie, interoceptie, contextualiteit, neurale plasticiteit, verwerping van dualisme en het dynamisch systeem.

Net als bij de constructie van emoties, zijn deze principes ook van toepassing bij het construeren van de geest als een dynamisch product van de continue interacties binnen het brein en tussen het brein en de interne (lichaam) en externe omgeving (wereld):

  • De geest is een product van ons voorspellende brein. Net zoals bij emoties maakt het brein constant voorspellingen over de buiten- en binnenwereld van het lichaam. Deze voorspellingen helpen bij het vormen van gedachten, percepties en handelingen.

  • De geest wordt in het hier-en-nu geconstrueerd door het brein. Dit betekent dat onze gedachten en mentale toestanden worden gevormd door de manier waarop het brein continu verschillende informatie van binnen en buiten het lichaam interpreteert en samenbrengt.

  • Het brein gebruikt interne signalen (zoals hartslag en ademhaling) bij het construeren van de geest om de huidige staat van het lichaam te monitoren en deze informatie te integreren in mentale processen en ervaringen.

  • De geest is een contextueel construct. Dit houdt in dat onze gedachten, percepties en mentale toestanden variëren afhankelijk van de omgeving, sociale interacties en eerdere ervaringen. De context beïnvloedt hoe het brein informatie interpreteert en samenbrengt.

  • De geest is dynamisch en veranderlijk. Neurale plasticiteit, het vermogen van het brein om zich aan te passen en te veranderen op basis van nieuwe ervaringen, betekent dat onze mentale toestanden en capaciteiten zich voortdurend kunnen ontwikkelen.

  • De geest is geen aparte, immateriële entiteit die losstaat van het lichaam. In plaats daarvan is de geest een geïntegreerd product van de interacties tussen verschillende neurale en lichamelijke processen.

  • Het brein functioneert als een dynamisch systeem waarin verschillende neurale netwerken samenwerken zonder een centrale ‘manager’. De geest ontstaat uit deze complexe interacties, wat leidt tot nieuwe eigenschappen en gedragingen die niet aanwezig zijn in de afzonderlijke delen.

It takes more than one human brain to create a human mind.
— Uit: How Emotions Are Made (Lisa Feldman Barrett)

geschiedenis van (ons begrip van) de geest

Hoewel de constructivistische benadering al eeuwen oud is, heeft ‘ie het in onze westerse geschiedenis steeds afgelegd tegen de essentialistische visie, waarin de geest, ziel en lichaam als gescheiden entiteiten worden gezien. In Plato's dualistische allegorie ‘Phaedrus’ (geschreven omstreeks 370-360 v.Chr.) beschreef hij de ziel als een strijdwagen die wordt aangedreven door twee gevleugelde paarden en een menner. Het witte paard symboliseert hogere, rationele emoties, morele idealen en het geweten, terwijl het zwarte paard de minder nobele, irrationele driften en verlangens vertegenwoordigt. De menner staat voor het rationele, bemiddelende deel van de ziel oftewel de geest, die beide paarden onder controle houdt.

Essentialisme vs. Constructivise

Barrett: "Plato's essenties van de geest bestaan vandaag nog steeds, hoewel hun namen zijn veranderd (en we afscheid hebben genomen van de paarden). Tegenwoordig heten ze perceptie, emotie en cognitie. Freud noemde ze het id, ego en superego. Het drievoudige brein noemt ze het reptielenbrein, het limbisch systeem en de neocortex.”

Ze illustreert hier de eeuwenoude wetenschappelijke strijd tussen de essentialisten en constructivisten. Een strijd die volgens haar vandaag intenser is dan ooit doordat beide kampen elkaars standpunten karikaturiseren. Ze schrijft: “Essentialisten verwerpen constructie door te zeggen dat alles relatief is, alsof de geest een onbeschreven blad is en biologie kan worden genegeerd. Constructivisten bekritiseren de klassieke visie voor het negeren van het krachtige effect van cultuur en rechtvaardiging van de status quo. In karikaturale zin zegt de klassieke visie 'nature' en constructie zegt 'nurture', en het resultaat is een gevecht tegen windmolens.”

De Moderne Neurowetenschap: Een Nieuwe Benadering

De moderne neurowetenschap daarentegen rekent af met beide karikaturen. Barrett: We weten niet elk detail over hoe de geest en het brein werken, maar we weten genoeg om definitief te stellen dat biologisch determinisme noch cultureel determinisme correct is. De grens van de huid is kunstmatig en poreus.”

Met die laatste zin betoogt Barrett dat de scheidslijn tussen innerlijk en uiterlijk, lichaam en geest, niet zo strikt is als nog steeds op grote schaal wordt aangenomen. Deze grens is doorlaatbaar en maakt voortdurende interactie en uitwisseling mogelijk tussen ons lichaam (inclusief de hersenen) en onze omgeving.


You can’t be a self by yourself.
— Uit: How emotions are made (Lisa Feldman Barrett)

er is geen zelf zonder anderen

Dit idee van een kunstmatige, poreuze grens tussen lichaam en geest sluit aan bij het Advaita-principe van niet-tweeheid (Advaita betekent letterlijk ‘niet-twee’). Volgens Advaita is de scheiding tussen het zelf en de wereld een illusie. Hoewel Barrett dualistische benaderingen van de menselijke natuur in het algemeen en het brein in het bijzonder afwijst als ‘klassiek’ en ‘achterhaald’ maakt ze zelf geen expliciete verwijzingen naar non-dualiteit of de Advaita Vedanta. Wel zegt ze: “Mijn wetenschappelijke definitie van het zelf is geïnspireerd op de werking van de hersenen maar staat sympathiek tegenover het boeddhistische perspectief. Het zelf maakt deel uit van de sociale realiteit. Het is niet precies fictie, maar evenmin objectief echt zoals een neuron echt is in de natuur. Het hangt af van andere mensen. In wetenschappelijke bewoordingen zijn je voorspellingen in het moment en je daaruit voortvloeiende acties tot op zekere hoogte afhankelijk van hoe anderen jou behandelen. Zonder anderen kun je geen zelf zijn.”

de werkelijkheid is niet-twee

Beide perspectieven komen samen in het inzicht dat het idee van een afgescheiden persoon die gevoelens, gedachten en emoties ervaart in een wereld die hij voor de werkelijkheid aanziet, ofwel van neuron tot neuron in de neurowetenschap, ofwel in het eeuwige hier-en-nu volgens Advaita Vedanta, wordt geconstrueerd. Bovendien erkennen ze dat de zogenaamde scheiding tussen lichaam en geest in werkelijkheid niet bestaat.

Terwijl de neurowetenschap dit proces van werkelijkheidsconstructie toeschrijft aan de breinvermogens van de mens, wijst de Advaita Vedanta op het vermogen van de mens om zich bewust te worden van zijn werkelijke aard: puur Bewustzijn, dat voorafgaat aan al deze constructies en zichzelf hier-nu, altijd, on-middelijk openbaart.

In wezen zegt de neurowetenschap:

“Je bent een lichaam/geest die ervaringen heeft die door het brein worden voorspeld op basis huidige context en conditioneringen uit het verleden.”

en zegt Advaita:

“Je bent wat voorafgaat aan álles wat je ervaart, inclusief de overtuiging een lichaam(brein)/geest te zijn.”

Advaita kijkt dieper door te benadrukken dat de ware aard van het zelf (Atman) puur bewustzijn is, onafhankelijk van al onze ervaringen. Dit Bewustzijn is onveranderlijk en overstijgt alle fenomenen en objecten binnen de ervaringswereld.

Dit principe van een fundamentele, onveranderlijke realiteit of Bewustzijn is overigens geen specifieke ‘Indiase’ vondst, noch een kwestie van ‘geloof’. Het wordt als principe (h)erkend door mensen overal ter wereld en in allerlei filosofische, wetenschappelijke, culture en religieuze stromingen. In het boeddhisme (zen, dzochen), soefisme, neoplatonisme en de christelijke mystiek wordt allemaal erkend dat er een dieper niveau van Bewustzijn of realiteit is dat alle zintuiglijke ervaringen overstijgt.

Onderzoek het (ware) zelf

Zoals je de werking van het brein kunt onderzoeken en hoe deze voorspellingsmachine een illusie van een ‘persoon’, ‘geest’ en ‘sociale realiteit’ creëert in plaats van de werkelijkheid, kun je ook onderzoeken wat wél werkelijk is aan je menselijke natuur. Want dat je nu bestaat is een werkelijk, onomstootbaar feit. De kern van de kwestie ligt in het stellen van de juiste vraag. Het gaat er niet om je af te vragen wie je bent als persoon, want ook de neurowetenschap erkent dat je als persoon slechts in een sociale realiteit bestaat, maar om te onderzoeken wát je bent als je niet een persoon bent.

Terwijl je brein zich continu (figuurlijk) afvraagt:

“De laatste keer toen ik in een soortgelijke situatie was, toen mijn lichaam zich in een vergelijkbare toestand bevond: wat deed ik daarna? Hoe voelde ik me?”,

kun je je brein - in elke ervaring die het voor je construeert - ook letterlijk aan het werk zetten met de vraag:

“Wie is de waarnemer van deze ervaring? Wat is de bron van deze gedachten en gevoelens?”.

Zinnen zoals deze laatste nodigen uit tot Zelfonderzoek, een kernpraktijk in Advaita. Daarom noem ik het ‘waarheidswetenschap’, want de traditie vraagt niet om simpelweg te geloven wat hun guru’s zeggen, maar om zelf te ont-dekken hoe het werkelijk zit, mocht de waarheid je interesseren. Zo ja, dan roept een goede advaita-leraar op om als een wetenschapper selectief, nauwkeurig, objectief en toegewijd aan de waarheid te werk te gaan. De valse wetenschapper in ons, de ‘ik’ die gelooft een persoon te zijn en dingen zéker denkt te weten, dient vraagtekens zetten bij alles wat hij/zij voor waarheid heeft aangenomen. Alleen door systematisch en onbevooroordeeld te onderzoeken wat ten grondslag ligt aan onze ervaringen, kunnen we de fatamorgana's in ons leven zien voor wat ze werkelijk zijn.

zijn kun je niet doen

Hans Laurentius gebruikte in dit verband eens de analogie van de sinaasappel. Ik parafraseer: “Iedereen kan je vertellen hoe een sinaasappel smaakt, maar de smaak leer je pas écht kennen als je de smaak zich in je mond ‘realiseert’. Neem je geen hap, dan blijft jouw begrip van de smaak van een sinaasappel een aanname die je kunt geloven of niet. Ditzelfde gaat op voor spirituele, filosofische én neurowetenschappelijke ‘kennis’. Veel kennis bezitten over iets zegt dus niks over hoe het werkelijk IS. Bezitten, net als vergaren van kennis, zijn immers vormen van doen. En ZIJN valt niet te DOEN. Tot inzicht willen komen kun je proberen, maar je komt slechts - de woorden zeggen het precies - tot het inzicht daar IS. Het inzicht realiseren kun je niet doen. En je kunt ook niet claimen dat jij, de doener, dat hebt gedaan. Het kwartje valt of niet. Tot die tijd blijft de smaak van een sinaasappel of het ‘Zelf’ - ook wel geduid als was IS, Werkelijkheid, Waarheid, Bewustzijn of Tao, theoretisch.

DE GEEST EN HET EGO

De reden dat het zo weinig mensen lukt om tot werkelijk inzicht te krijgen in onze ware aard (Zelf, Bewustzijn) is omdat het mechanisme dat we gewend zijn ‘ego’ te noemen, in de weg zit. Ik heb het ego nog niet eerder besproken, maar binnen de context van deze blogserie over niet-voelen verdient het nadere uitleg omdat het ego een cruciale rol speelt in hoe we omgaan met onze gevoelens en onszelf beschermen tegen pijnlijke ervaringen. Het woord ego wordt door vrijwel iedereen gebruikt, duikt het overal op en we lijken er massaal last van te hebben (vooral van de ego’s van anderen). Bovendien valt het fenomeen ‘ego’ goed uit te leggen aan de hand van wat Barrett ons heeft geleerd over ons brein als voorspellingsmachine. Barret gaat in haar boeken niet specifiek in op het ego, omdat het wijdverspreide begrip is ontleend aan Freuds essentialistische visie, die niet strookt met haar theorie van geconstrueerde emoties.

Barrett stelt dat onze hersenen constant voorspellingen maken die ons lichaam/geest helpen efficiënt te functioneren om ‘veilig’ te blijven. Dit gevoel van veiligheid is gekoppeld aan de eerder besproken hoofdtaak van het brein om het lichaamsbudget te beheren; de balans van energie en middelen in ons lichaam. Wanneer de voorspellingen van het brein overeenkomen met de sociale realiteit, blijft deze balans behouden, en voelen we ons veilig of beter: neutraal. Er zijn immers geen gevoelsprikkels of signalen nodig ter verdediging van het lichaamsbudget.
Als de voorspellingen van het brein niet overeenkomen met deze realiteit ontstaat er een discrepantie. Dit kan leiden tot een gevoel van onzekerheid of bedreiging omdat het lichaamsbudget uit balans raakt. Het brein en het lichaam moeten dan harder werken om deze discrepantie te corrigeren, wat kan resulteren in stress, angst of gevoelens van ongemak.

ego als verdedigingsstructuur

Hoewel Barrett kritiek heeft op het idee van het toekennen van vaste essenties aan emoties en mentale processen, erkent ze dat de hersenen patronen en bepaalde structuren ontwikkelen om ervaringen efficiënt te organiseren en te begrijpen. Op vergelijkbare wijze creëert het brein verdedigingsstructuren - patroonmatige, bekende voorspellingen op basis van eerdere bedreigende ervaringen - zodat ons lichaamsbudget intact blijft.

Het ego is volgens Barrett geen vaste entiteit, maar een dynamisch fenomeen dat ontstaat uit de constante wisselwerking tussen brein en omgeving, zonder een vaste, objectieve kern. Net zoals een regenboog een fenomeen is dat voortkomt uit de specifieke samenkomst van licht en vocht in de lucht, zo is het ego volgens haar het resultaat van breinprocessen die continu voorspellingen doen en ervaringen construeren op basis van interne lichaams- en externe omgevingssignalen.

HET EGO EN ONVOLWASSENHEID

In het boek ‘Eerste Hulp bij Onvolwassenheid’ van advaita-leraar en auteur Hans Laurentius, legt hij een verband tussen het ego als verdedigingsstructuur en onvolwassenheid. In de inleiding zegt hij: “Een korte beschrijving van onze verdedigingsstructuur, neigingen om weerstand te bieden aan volledig voelen of tegen aanwezig-zijn-met-wat-is en meer van die zaken kan best helpend zijn voor mensen die op z’n minst volwassener willen leven en niet willen blijven steken in geconditioneerd, op weerstand gebaseerd kind-bewustzijn.”

Hans Laurentius, die lange tijd werkzaam was als energetisch therapeut, is niet de eerste die stelt dat onze verdedigingsstructuur (ego) in onze vroege kindertijd wordt gevormd, maar hij windt er tevens geen doekjes om dat 'blijven hangen in emotioneel worden, identificeren, onderdrukken en naar buiten projecteren' (het ego in actie) duidt op weerstand tegen wat-is, en dat dit een ‘onvolwassen levenshouding’ is. Hans zegt: “Weerstand bieden, ervan af willen, onder controle krijgen, ontkennen, verklaren, bestrijden is doen. Iets volledig ervaren of doorvoelen is (ermee) zijn. Volledig ervaren wat is, ofwel er helemaal mee zijn, is een kenmerk van volwassenheid.” Hij voegt eraan toe: “Je kunt daar nu mee beginnen. Of een kleuter blijven in een volwassen lichaam, dat is ook prima”.

het ego als tijdelijke workaround

De verdedigingsstructuur (het ego) die we in onze vroege jeugd ontwikkelen, biedt feitelijk een behulpzame workaround om als onvolwassen kind-mens niet te hoeven zijn met wat is of ervaren wordt als te overweldigend, moeilijk of bedreigend en dus ongunstig voor het lichaamsbudget. Als baby wordt je totale lichaamsbudget beheerd door je ouders. Naarmate je groeit leer je het geleidelijk steeds meer zelfstandig te onderhouden.

Het punt is dat brein denkt niet na over het feit of je een volwassene bent of een kind. Het maakt het brein ook niet uit of je een people pleaser, alcoholist, narcist of pathologische leugenaar bent geworden als gevolg van zijn destijds behulpzame workaround of dat je je op middelbare leeftijd nog steeds ontoereikend voelt. Het brein maakt slechts efficiënte voorspellingen voor het lichaamsbudget en neemt geen ‘volwassen’ beslissingen voor een persoon.

biologische ontoereikendheid

Een ander punt is dat de meeste volwassenen niet volledig biologisch volwassen zijn. Het proces naar volwassenheid van lichaam én geest duurt gemiddeld 25 (!) jaar. Waardoor het brein alle ruimte heeft om allerlei gedragspatronen en bijbehorende overtuigingen te ontwikkelen als gevolg van een workaround die oorspronkelijk was bedoeld als een tijdelijke oplossing om als onvolwassen, ‘onaf’ kindmens, voort te kunnen bestaan.

Gevoelens van ontoereikendheid als kind, puber en jong-volwassene zijn in wezen niet alleen biologisch ‘juist’, omdat je ook nog niet toereikend bent als ‘af’ (volwassen) mens, maar ook onvermijdelijk. Je bént lange tijd on-volwassen en leert bovendien volwassen worden van veel onvolwassen mensen. Zelfs als je in een functioneel, ogenschijnlijk ‘niets-aan-de-hand’-gezin opgroeit, is er geen ontkomen aan dat je een verdedigingsstructuur opbouwt om die 25 jaar te overleven.

weerstand is de norm

De weg van de minste weerstand lijkt die van aanpassen aan de normen van de cultuur waarin je opgroeit. Maar wat als die cultuur gedreven wordt door volwassenen die geen idee hebben hoe hun brein werkt, noch wat emoties zijn, en when sh*t hits the fan handelen vanuit onbewuste verdedigingsstructuren? Wat als de weg van de minste weerstand laat zien dat weerstand bieden tegen wat IS de norm is? En ons vermogen om werkelijk te zien/voelen wat er speelt dóór die verdedigingsstructuren nooit ter sprake wordt gebracht, laat staan onderwezen?

verslaafd aan verdediging

De weg naar volwassenheid is een biologische route, maar ook één die wordt bewandeld in een sociale realiteit aan de hand van onvolwassen opvoeders, vrienden, verzorgers, juffen en meesters, collega’s en werkgevers, landbestuurders, psychologen, trainers, priesters, wetenschappers, spirituele meesters, en ga zo maar door.

Hans Laurentius gebruikte eens de uitspraak van de Britse schrijver en filosoof Alain de Botton: "We don't look for love, but for a familiar kind of pain." Deze uitspraak illustreert hoe onze verdedigingsstructuur werkt en actief blijft zolang het brein niet leert andere voorspellingen te maken. Onze eerste relaties waren die met onze ouders en evolueerden na verloop van tijd tot een blauwdruk voor de relaties die we later in ons leven aangaan.

Dit blauwdruk-principe geldt voor al je terugkerende problemen nu, niet slechts voor je (liefdes)relaties. Destijds bood je verdedigingsstructuur een tijdelijke oplossing omdat je bepaalde gebeurtenissen of gevoelens niet aankon, waardoor je brein ervaringen voorspelde die gunstiger waren voor je lichaamsbudget. Het was een workaround van je brein om je te verdedigen tegen wat-is maar geen échte oplossing, waardoor je op sommige vlakken nog steeds niet kunt zijn met wat-IS.

In feite zijn we verslaafd aan onze verdedigingsstructuren en lijden we aan de gevolgen van weerstand bieden tegen wat-is. Verdedigen is een vorm van weerstand bieden.
— RR

In wezen ben je nog steeds, zoals Hans Laurentius zegt, een kleuter in een volwassen lichaam. Voor de wet ben je in Nederland volwassen als je 18 jaar bent, maar dat is geen weerspiegeling van de werkelijkheid. Het is een sociale afspraak die geldt binnen een specifieke sociale context. Het ongemakkelijke nieuws is dat de kans groot is dat je die kleuter nog steeds bent. Misschien voel je je nog steeds incompleet, ontoereikend, eenzaam of vaak afgewezen? Misschien ben je een ultieme people pleaser, ga je om het minste of geringste door het lint of verdoof je tegenslag door harder werken, meer drinken, overeten of drugs? Misschien gaat alles z’n gouden gangetje en zijn je schoolcijfers of doelpunten slechts vervangen door volwassen statussymbolen, zoals een topbaan, een rimpelloos gelaat, aantrekkelijke jonge partner of all of the above?
Geen paniek! Je lijdt immers al meer dan realistisch gezien nodig is. En je bent niet de enige.

de weg naar volwassen vrijheid

Het goede nieuws is dat je brein neuroplastisch is, wat betekent dat het in staat is om te veranderen en zich aan te passen, waardoor je gedrag en denkpatronen kunt herzien. Barrett: “Je kunt je gedrag misschien niet altijd in het heetst van het moment veranderen, maar je kunt je voorspellingen wel veranderen vóór de hitte optreedt. Door te oefenen, kun je bepaald automatisch gedrag waarschijnlijker maken dan ander gedrag, waardoor je meer controle hebt over je toekomstige acties en ervaringen dan je denkt.”

Meer controle over onze ervaringen betekent echter ook meer verantwoordelijkheid nemen voor onze ervaringen en ons niet langer laten leiden door oude patronen en overtuigingen. Door de illusies van de geest te doorzien en onze emoties en overtuigingen onder de loep te nemen, kunnen we op z’n minst werkelijk volwassen en een dieper niveau van innerlijke vrijheid bereiken. Dit betekent niet dat we geen emoties meer zullen ervaren, maar dat we een gezondere, meer evenwichtige relatie met onze gevoelens ontwikkelen. We leren om te zijn met deze emoties en ze te doorvoelen zonder erin vast te blijven zitten. Dit vereist moed en eerlijkheid, maar het resultaat is een leven dat meer in lijn is met onze ware natuur. Je brein bracht je hier en is ook je golden ticket om je weg terug te vinden naar wat je werkelijk bent en altijd al was.

In een volgend deel ga ik nader in op het hoe van voelen, deconditionering en de zorg voor een volwassen functionerend brein. Ook Zelfonderzoek volgens de advaitische traditie en aandacht geven aan Bewustzijn komt daarin uitgebreid aan bod. Voor nu is dit wat het is ;-)


Geraadpleegde bronnen:

  • Barrett, Lisa Feldman. 7.5 Lessons About the Brain. Pantheon, 2021.

  • Barrett, Lisa Feldman. How Emotions Are Made: The Secret Life of the Brain. Houghton Mifflin Harcourt, 2017.

  • Laurentius, Hans. EHBO. Uitgeverij Synthese, 2018. Het boek is als gratis PDF te downloaden van zijn website: www.hanslaurentius.com

Meer Diepgang

Diamonds Are a Girl’s Best Illusion